Het wordt ‘s avonds wat eerder donker en ‘s ochtends wat later lichter. Ik kan me zo voorstellen dat de echte liefhebber van de zomer daar de nodige moeite mee heeft. Ik niet. Ik heb toch meer met de herfst en de winter. Niet dat ik niet kan genieten van lekkere zomerse temperaturen, ik mag graag in mijn korte broek lopen en een heerlijke duik in het koele water nemen, zoals ik dat deze zomer verscheidene malen in een Arnhems buitenbad heb gedaan. Een te warme en benauwde zomer was er dit keer echter wel debet aan dat ik niet zoveel kon lezen. Vooral ‘s avonds toen de verkoeling maar niet wilde komen. Na een bladzijde of tien waren mijn oogleden topzwaar en het is dan ook een paar keer voorgekomen dat een boek van de grond moest oprapen. Hoe spannend en intrigerend het boek ook kon zijn. Maar ik ga in de herfst en winterperiode de schade beslist inhalen. De stapel aan literatuur, die er nu nog licht wil ik toch graag voor het eind van dit jaar weg hebben. Er komen de komende maanden immers een paar mooie herdrukken aan, zoals ‘De provincie’ en ‘Blok’ van Jan Brokken. Inmiddels verschenen, maar een boek dat ik nog moet aanschaffen, is ‘Bovenlicht’ van de Portugese schrijver José Saramago, de schrijven onder mer ‘De stad der blinden’ en ‘De stad der zienden’. ‘Hamerstukken’ van Jeroen Brouwers wacht ook nog om gevoelvol betast te worden en er ligt ook nog de recentelijk verschenen vuistdikke pil over het leven van de Nederlandse schrijver Theun de Vries te wachten om pagina voor pagina omgeslagen te worden. Herfst en winter, genotvol de benen strekken bij een warm vuur en de rest van de wereld om me heen buiten te sluiten.
Festina Lente (Henk Jansen)